Kerst in de Hongerwinter

eerste KerstdagHeb jij ook gisteren inkopen gedaan voor het kerstdiner? Tijdens de Hongerwinter was het in de Randstad wat lastiger om een fatsoenlijk kerstdiner bij elkaar te schrapen, en voorbereidingen begonnen dan ook al vroeg. Oom Cris schreef op 15 december 1944 aan het gezin Spaanderman:

Nu meen ik dat Aag vertelde dat er op Voorschoten nog wel vleesch verkrijgbaar is. Zoo ja, zou zij dan eens willen proberen voor 20 rantsoenen te koopen volgende week? Als je mij tijdig genoeg kunt waarschuwen, dan kan ik het Zaterdag vóór Kerstmis halen en dan hebben we dan ten minste eens een behoorlijk stukje vleesch op tafel.

Wie de mogelijkheid had, probeerde buiten de Randstad bij familie te komen. Oom Paul reisde per fiets van Amsterdam naar Harlingen om met zijn moeder en drie van zijn broers de laatste dagen van 1944 door te brengen. Zijn jongere broer Willem schreef op 11 januari 1945:

Paul kwam ’s Zaterdags voor Kerst thuis, en is Nieuwjaar ’s middags weer vertrokken, met prachtig zonnig weer. Hij viel met de neus in de boter, want ik had juist wat sardien gekregen, en kocht die dag nog 25 pond schaapvleesch, voor ƒ 3 per pond. Daar hebben we van gesmuld hoor, en toen Paul weg ging was er niet veel van over. Verder kreeg ik nog wat paling en heb die nog gerookt, en ’s avond hebben we nog appelflappen gebakken, zoodat het onvergetelijke dagen zijn geweest, bijzonder gezellig.

De familie in de Randstad werd niet vergeten, maar het was te riskant om eten op te sturen, omdat de post helemaal in handen van de Duitsers was en voedselpakketten dus niet aankwamen op hun bestemming.

En wat hebben we dikwijls tegen elkaar gezegd; wat wouwen we graag dat ze de geheele boel in Voorschoten hadden, dan wouwen wij wel zonder zitten. Het zou zoo fijn wezen als we eens wat van die heerlijkheden konden versturen, doch helaas, ’t is niet vertrouwd, alles wordt gestolen. Op Kornwerderzand hebben onze beschermers voor de Kerst alle postpakketten van boord gehaald, en leeggevreten. Waren ze er maar in gestikt.

Oom Cees probeerde vanuit Franeker wel wat eten op te sturen naar het gezin Spaanderman in Voorschoten, maar was wijs genoeg om dit niet via de post te doen. Op 18 december schreef hij dit briefje bij een klein voedselpakket:

We geven deze dames maar een pakje mee, met wat boter en vleesch. Wij kunnen er buiten en jullie hebt dan met de Kerst een lekker hapje. Ze konden niet veel meenemen, een klein pakje zou gaan. We hopen maar dat het in jullie bezit komt.

Oma Van Buuren zag de kerst van tevoren niet zo erg zitten. In Amsterdam is het voedseltekort nijpend, en brandstof is er ook al nauwelijks. Haar zorgen blijken echter ongegrond: haar oudste zoon kwam een flink kerstpakket brengen! Op 23 december schreef ze:

Ik zit vol over Kerstmis, ik heb toch zoo’n gelukkig Kerstfeest. Ik dacht in donker en koude en honger hem door te moeten brengen, nu is het net andersom. Van Louis kreeg ik een beetje terpentijnolie, 3 kilo aardappelen, een half rogbroodje, 1 ½ pond tarwe, een beetje custard, bietjes, worteltjes, prei, kooltjes 1 pond, enz. enz. Ook een beetje melk, fijn hè.

Als trouw kerkbezoekster kreeg oma Van Buuren ook uit die hoek onverwachte hulp: een pakket met eten vanuit de Diaconie.

Ik wilde het betalen maar hij zei: u betaalt altijd zoo trouw maar dit moet u voor niets aannemen, maandag breng ik u melk om het te bereiden. Hij vroeg of ik te stoken had, ik zei niet veel, hij zei dan zal ik zeggen dat zij u direct 50 turven moeten brengen. Ik kreeg ze een half uur later thuis bezorgd. […] Ik vroeg, hoe komt jullie daar toch bij. Ik heb nog nooit behoeven te klagen tegen iemand om mij wat te brengen. Mijnheer Gillisse zegt, u ziet er een beetje bleek uit, dat viel mij op in de kerk, maar ik zei, ik ben ook bijna 80 jaren oud en het is een eindje lopen.

Ondanks alle goede zorgen voor elkaar was er niet alleen maar goed nieuws. Hoewel de Randstad inmiddels al gewend was aan het gebrek aan gas en licht, moest de familie in Friesland er helaas in december ook aan geloven. En dat met de hele winter nog voor de boeg. Oom Cees schreef op 18 december:

We zitten deze avond voor het eerst zonder licht, het valt niet mee, we zitten nu met een drijvertje op wat olie. Het wordt niet een prettige Kerst in donker. Je ziet ook nog geen enkel lichtpunt nietwaar, waar zal het nog op uitloopen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *